Sandra: “Verdiepende vragen kunnen je kind toch op een ander been brengen”.
Een hbo-studie kiezen is voor de ene leerling makkelijker dan de andere. Ook voor ouders kan de studiekeuze van hun kind lastig zijn. Want moet je je hier als ouder wel mee bemoeien? En zo ja, hoe pak je dit aan? Sandra Fekkes, studiekeuzeadviseur bij de Haagse Hogeschool, ziet hoe belangrijk het is dat ouders wél helpen bij de hbo-studiekeuze van hun kind. Voor Ouders & Onderwijs beantwoordt ze vragen en geeft ze tips over hoe ouders hun kind kunnen helpen en wat juist niet helpt.
Wanneer moet mijn kind beginnen met het maken van een studiekeuze voor het hbo?
“We raden leerlingen aan om in 4 havo al te beginnen met oriënteren op een studiekeuze. Dit is heel breed en kan alle kanten op als je het nog niet weet. Je ontdekt vanzelf wat je interessant vindt. Als je in 5 havo begint met oriënteren, zit je middenin de examenperiode en moet je ondertussen open dagen bezoeken. Vaak gaat de voorkeur dan uit naar de examens afronden, en niet naar het bezoeken van open dagen. Voor ouders, docenten, decanen is het daarom belangrijk om in hun achterhoofd te houden dat het een proces is en het tijd kost.”
“Als je als mbo-er wil overstappen naar het hbo, begin dan ook in het voorlaatste jaar van je opleiding met oriënteren. Het is niet vanzelfsprekend dat mbo’ers willen doorleren in dezelfde richting als het beroep waar ze al een diploma voor hebben. Soms willen ze totaal iets anders, of willen ze zich specialiseren. In het laatste jaar van het mbo zit vaak ook een afsluitende stage. Daardoor hebben studenten nog minder ruimte dan een havo-5 leerling die in het examenjaar zit, om die studiekeuze goed te maken.”
Ouders kunnen een extra geheugensteun zijn.
Hoe belangrijk is het om als ouder te helpen bij de studiekeuze van je kind?
“Er is veel keuze in hbo-opleidingen, en dezelfde opleidingen kunnen ook nog eens verschillen per school. De ene school legt meer nadruk op een bepaald deel van het vak of pakt hetzelfde vak anders aan. Het is daarom fijn als er iemand op de achtergrond je kind stimuleert en meedenkt. En wie kan dat beter dan ouders die hun kind goed kennen. Ook kennen ouders soms mensen die al werken in het veld van hun kinds toekomstige opleiding. Een ouder kan voorstellen om met diegene in gesprek te gaan. Ouders kunnen ook een extra geheugensteun zijn. Dus het kan voor een leerling prettig zijn dat er iemand naast ze staat, die ze kan herinneren aan een vraag die ze wilden stellen.
Daarnaast zijn kinderen erg jong als ze de keuze moeten maken voor een hbo-opleiding. Het begint al ermee dat ze op hun vijftiende een profiel moeten kiezen. Dan zit je al heel vroeg in een koker, en kun je bij andere interesses niet meer een andere kant op. Onderzoek laat zien dat de hersenen pas volledig ontwikkeld zijn vanaf 25 jaar. Dan pas kun je weloverwogen keuzes maken, en dan ben je al afgestudeerd. Dat is ook iets om rekening mee te houden als ouder.
Het studiekeuze proces vraagt van ouders wel dat ze gepaste afstand kunnen bewaren, zodat het kind zijn eigen tempo kan volgen. En dat kan best lastig zijn, merk ik.”
Hoe verloopt het maken van een studiekeuze voor een (hbo-)opleiding?
“Er zijn vier fases in het maken van een studiekeuze
- De oriëntatiefase: dit is het begin, het moment dat leerlingen gaan rondkijken, bijvoorbeeld via studiekeuze-testen. Dat ze gaan ontdekken wat ze interessant vinden. Ga je richting de zorg, de bouw, of iets anders? We hebben hiervoor een online game ontwikkelt, future you.
- Verkennende fase: in deze fase gaan leerlingen naar open dagen. Er zijn bijvoorbeeld een paar opleidingen die ze interessant vinden binnen dat interessegebied. In deze fase gaan ze bijvoorbeeld ook met mensen in gesprek, zoals een professional in het werkveld dat ze interesseert.
- Verdiepende fase: in fase drie hebben ze nog twee of drie opleidingen over waar ze helemaal op gaan inzoomen. Bijvoorbeeld door een dagje mee te lopen met de opleiding die ze hebben gezien op een open dag. Hebben ze één opleiding over, dan geven we als advies om de opleiding op verschillende hogescholen te vergelijken. Want waar de nadruk op ligt in zo’n opleiding, kan verschillen per school.
- Beslissende fase: nu gaan ze zich aanmelden en zorgen dat alle gegevens compleet zijn. Misschien dat er een gesprek plaatsvindt met de opleiding of er echt de juiste keuze is gemaakt. De rol van de studiekeuzeadviseur is dan voorbij, maar van de ouders nog niet helemaal. Zij kunnen hun kind dan nog helpen met alle informatie doorgeven aan de hogeschool en hen helpen herinneren aan dit soort deadlines.
Op de Haagse Hogeschool geven we twee keer per jaar, vlak voor onze grote open dagen, een oudervoorlichting online. Daarin geven we uitleg over de studiekeuzefases en we vragen ouders welk soort keuzestijl ze denken dat hun kind heeft. Ook geven we ouders een brochure mee.”
Op open dagen zijn ouders meer dan welkom.
In welke fase is mijn rol als ouder het belangrijkst?
“De start is het belangrijkst, de oriëntatiefase. Want dat is vaak het lastigst en dat stellen leerlingen ook nog wel eens uit. Ouders kunnen hun kind er dan van bewust maken dat het kiezen van een studie tijd kost, en dat het belangrijk is om op tijd te beginnen en dat hun kind er de tijd voor mag nemen. Ook in de verkennende fase waarbij leerlingen naar open dagen van hogescholen gaan, kunnen ouders helpen. Het is fijn als toekomstige studenten een aantal vragen van tevoren hebben, waar ze antwoorden op willen. Ouders kunnen hun kind hieraan helpen herinneren.
Op open dagen zijn ouders meer dan welkom, maar we spreken wel de jongeren zelf aan. En voeren een ander gesprek met de ouders. We hebben bijvoorbeeld een inspiratiepad die de studiekiezer en de ouder samen bewandelen, maar beiden met een eigen vragenlijst. Dat is een route langs een aantal fases in het leven van de studiekiezer waarin we vragen stellen zoals: wat vonden ze leuk om te doen toen ze klein waren?; waar zijn ze goed in?; wat trekt ze nu aan in een toekomstig beroep? Aan het eind gaan we in gesprek met hen samen. Het is mooi wat er dan ontstaat tussen ouder en kind. Soms kruisen ze elkaar in het pad of geven ze dezelfde antwoorden. Op dat moment zie je dat ouders echt betrokken zijn bij het proces.
Bij het verdiepen en beslissen kunnen studenten zich meestal wel redden. Geef ze hoogstens een reminder dat er ingeschreven moet worden. Maar hebben ze bijvoorbeeld meegelopen met een opleiding, dan kun je af en toe nog advocaat van de duivel spelen: ‘Wat vond je ervan? Wat vond je leuk? Hoeveel wiskunde zit er in de opleiding? Is dat wel een van je sterkste vakken?’ Die verdiepende vragen kunnen je kind toch op een ander been brengen door verder na te denken.”
Wat vinden toekomstige studenten ervan als hun ouders bij de studiekeuze zijn betrokken?
“We hebben onderzoek gedaan onder eerstejaarsstudenten en gevraagd wie voor hen de belangrijkste rol heeft gespeeld in het maken van hun studiekeuze. Zo’n 50 procent gaf aan dat dat hun ouders waren. Op een open dag zie ik regelmatig ouders lopen met een kind die er achteraan sjokt. De ouders stellen vragen en het kind kijkt misschien ongeïnteresseerd weg, maar achteraf zijn ze toch wel heel blij dat hun ouders ze hebben gestimuleerd. En dat er iemand is geweest die ervoor heeft gezorgd dat ze niet op het allerlaatste moment een willekeurige studiekeuze moesten maken.”
Wat als je als ouder een keuze voorziet, die misschien niet helemaal doordacht is?
“Tegen ouders die in paniek zijn over hun kind die nog steeds geen studiekeuze heeft gemaakt, of tegen leerlingen die blijven twijfelen, zeggen we: kijk eens om je heen. Wie ken je die een beroep doet waarvoor ze oorspronkelijk zijn opgeleid? Er zijn best een hoop bij wie dat niet het geval is. Dan gaan ze misschien iets doen wat minder passend is dan wenselijk, maar dan hebben ze daarna een diploma en een bepaald werk- en denkniveau wat je nodig hebt op je werk. Ook kan om- of bijscholing op latere leeftijd ook nog altijd.”
Wat kun je als ouder beter niet doen?
“Een grote een valkuil van ouders kan zijn, dat ze er te veel bovenop zitten en te graag alle antwoorden uit hun kind willen trekken, terwijl je je kind soms juist moet loslaten. Misschien gaat je kind met zijn decaan of een studiekeuzeadviseur wel goed in gesprek en daar moet je dan de ruimte voor maken. Als je als ouder laat merken dat je er bent om mee te gaan naar een open dag en dat je kind je vragen kan stellen, is dat soms ook genoeg.”
Meld je aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief!
Ontvang het laatste nieuws, tips en ervaringen.