Kamerleden en onderwijs: Lisa Westerveld en Gert-Jan Segers.

Kamerleden en onderwijs: Lisa Westerveld en Gert-Jan Segers.

Wie houden zich in Den Haag met het onderwijs bezig? Wie strijdt voor beter passend onderwijs of maakt zich druk om het lerarentekort? Elke week stellen twee Kamerleden zich aan u voor. Wat zijn hun plannen voor het onderwijs de komende jaren? Sommige gezichten zijn bekend, andere zijn nieuw in de Tweede Kamer. Deze week: Lisa Westerveld (GroenLinks) en Gert-Jan Segers(CU).

Lisa Westerveld (GroenLinks)

Wilt u zich kort voorstellen?

Sinds de verkiezingen van 2017 ben ik namens GroenLinks lid van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks. Ik werd onder meer woordvoerder onderwijs, wat gezien mijn jarenlange ervaring bij de Algemene Onderwijsbond een logische stap was. Sindsdien strijd ik samen met mensen uit het onderwijs voor meer kansen voor álle kinderen, voor een eerlijk salaris en minder werkdruk voor docenten. In de Kamer kreeg ik er een roeping bij: jeugdzorg. Samen met jongeren, ouders en hulpverleners trekken we aan de bel over de enorme problemen die er zijn. Zo probeer ik een bondgenoot te zijn van jongeren met psychische problemen, hun ouders en hulpverleners. Bij de laatste verkiezingen werd ik opnieuw met voorkeurstemmen gekozen. Aangezien onze fractie een stuk kleiner is geworden heb ik er flink wat onderwerpen bij gekregen, waaronder GGZ, langdurige zorg, emancipatie en corona.

Wat zijn uw belangrijkste speerpunten voor het onderwijs?

Wat GroenLinks betreft verdienen alle kinderen het best passende onderwijs, ook leerlingen die gehandicapt zijn, autisme hebben of hoogbegaafd zijn. Maar dit betekent wel dat er nog heel wat moet gebeuren om het onderwijs passend te krijgen. Daarnaast willen we minder volle klassen, zodat er meer aandacht is voor iedere leerling.

Wat gaat u verbeteren of anders doen voor ouders en kinderen?

In de afgelopen jaren voerde ik al het woord over onderwijs, jeugdzorg en kinderopvang. In die vier jaar heb ik gezien dat juist de kinderen die extra aandacht nodig hebben, vaak over het hoofd worden gezien. De coronacrisis maakt bovendien de verschillen in de samenleving groter. De komende jaren wil ik me blijven inzetten voor de volwassenen en kinderen die juist een extra steuntje in de rug nodig hebben, maar te vaak over het hoofd worden gezien.

Gert-Jan Segers (ChristenUnie)

Foto: Eljee Bergwerff

Wilt u zich kort voorstellen?

Ik ben Gert-Jan, getrouwd met Rianne en vader van drie prachtige dochters. Ze hebben afgelopen jaren stuk voor stuk afscheid genomen van de middelbare school. Twee studeren nu in respectievelijk Leiden en Utrecht, de derde heeft een tussenjaar. We hebben na een aantal jaar in het buitenland zo’n 12 jaar aan basisschool en middelbare school in Nederland achter de rug. En daarmee talloze ouderavonden, afscheidsmusicals, helpen bij huiswerk, stress voor toetsweken en bovenal: zich ontwikkelende kinderen die in razend tempo opgroeien van meisjes tot jonge volwassenen. 

Wat zijn uw belangrijkste speerpunten voor het onderwijs?

Grote onderwerpen die de komende jaren spelen zijn natuurlijk het lerarentekort en kansengelijkheid. De ChristenUnie gaat zich de komende jaren hard maken voor goed onderwijs dat past bij leerlingen en hun kwaliteiten. Zo willen we kritisch blijven op schaduwonderwijs. Ook leerlingen uit gezinnen die minder te besteden hebben moeten de onderwijs en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. De komende jaren blijven we ons bovendien inzetten voor de vrijheid van het onderwijs, zodat ouders en leerlingen kunnen kiezen voor het onderwijs dat bij hen past, waar ze zich aan verbinden en waarbij ze dus ook daadwerkelijk betrokkenheid ervaren. 

Wat gaat u verbeteren of anders doen voor ouders en kinderen? 

De ChristenUnie ziet de school als een gemeenschap waarin leraren, leerlingen en ouders samenwerken aan goed onderwijs. Het is belangrijk dat ouders de mensen kennen die eindverantwoordelijk zijn voor het onderwijs aan hun kind. We willen de ouderbetrokkenheid vergroten en zien graag dat ouderverenigingen weer subsidie krijgen. 

Volgende keer: Mariëlle Paul (VVD) en Frank Wassenberg (Partij voor de Dieren)